dinsdag 22 mei 2012

De weg is het doel II

Wat de weg van de Camino zo bijzonder maakt zijn de ontmoetingen met zo veel mensen van verschillende nationaliteiten. Amerikanen, Duitsers, Zwitsers, Nederlanders, Spanjaarden, Italianen, Belgen en een Pool.
Met sommige mensen heb je wat meer contact dan met anderen. Wat blijft is dat je elkaar regelmatig weer tegenkomt en elkaar dan heel spontaan begroet.
Iedereen heeft zo zijn eigen reden om deze tocht te maken. Dat gaat van een gemakkelijke manier van lopen met goedkope slaapgelegenheden tot een diepe religieuze achtergrond.
Iemand die wij vanaf de eerste dag zijn tegengekomen is Paul Griep. Paul is eens in de zoveel tijd als vrijwilliger verbonden aan het informatiecentrum van het genootschap van Sint Jacob in Vessem, waar wij ook enkele weken per jaar hospitalero zijn.
Paul loopt de Ruta de la Plata en zijn vrouw loopt de Camino Francès. In Astorga treffen zij elkaar en lopen dan tot Santiago de Compostela samen.


Heel bijzonder zijn ook de Duitser Albert en de Zwitser Karl. Zij hebben elkaar 2 jaar geleden op de Camino Francès leren kennen en daarna contact gehouden. Nu lopen zij hier samen de Ruta de la Plata.
Albert heeft het moeilijk, die heeft heimwee naar zijn vrouw.


Verder hebben wij de Duitser Siegfried, die al diverse Camino's heeft gelopen. Dit is zijn laatste, want zijn vrouw wil niet zo lang alleen zijn. Joyce en Gert, die elkaar op de Camino Francès hebben leren kennen.
Joyce heeft Ginie's voeten nog verzorgd.


Een apart verhaal bereft de Duitser Harald met zijn zoon Frits. Harald heeft een boerencafé waar ook 4 van zijn 5 kinderen, waaronder Frits, werken. Alle kinderen hebben op dat landgoed een eigen huis, maar zij doen alles voor elkaar. Het ene gezin zorgt voor het eten, de ander verzorgt het onderhoud enz.


Heel bijzonder was de ontmoeting met de fietsers Henriëtte en Theo. Zij zijn naar Santiago de Compostela gevlogen en zijn daarna fietsend via Portugal en het zuiden van Spanje teruggegaan naar Santiago. Van daar uit fietsen zij weer via Frankrijk naar huis.


De meest bijzondere mensen waren de Spanjaarden Tomás en Louis. Al heel snel gebeurde er wat wij ook 8 jaar geleden op de Camino Francès hebben meegemaakt. Iedereen begon steeds vroeger te vertrekken en zich te haasten naar de volgende etappeplaats om een goede slaapplaats te hebben. Wij hebben daar nooit aan meegedaan en waren bijna altijd als laatste weg. Ook namen wij regelmatig rustpauzes. Wij vertrouwden er op dat wij altijd wel een gelegenheid vonden om te overnachten. Dat ging altijd goed. Als een albergue vol was, werden er altijd wat extra matrassen aangesleept of er werd in het dorp een andere plaats voor ons gezocht.
Tomás en Louis lieten zich ook niet opjagen. Louis ging onderweg, als hij daaraan behoefte had, een dutje doen. Tomás ging altijd zijn eigen gang en liep de hele dag op zijn eigen, rustige manier en nam een rustpauze als hij daaraan behoefte had. Zo kon het gebeuren dat wij elkaar diverse keren op een dag passeerden.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten