donderdag 19 september 2013

Vijfde week van onze voettocht naar Santiago de Compostela

Hier geven we dus een korte beschrijving van de vijfde week van onze voettocht, ofwel van de eerste week van het gedeelte vanaf Ávila.


Zaterdag 17 augustus: Berkel-Enschot - Ávila

Om 6.30 uur werden we door Gerda en Cor opgehaald en naar Eindhoven gebracht. Na samen een kop koffie te hebben gedronken, was het tijd om afscheid te nemen.


We hadden een voorspoedige vlucht naar Madrid. Daar namen we de shuttle bus naar terminal T4 om vervolgens met de trein naar station Chamartin te gaan en verder met de trein naar Ávila.
Toen we bij de albergue aankwamen was de hospitalero daar aanwezig. We hoefden dus niet op te bellen.

Nadat we ons geïnstalleerd hadden zijn we in de stad een pilsje gaan drinken en ‘s avonds hebben we daar heerlijk op ons pleintje gegeten en elders een caragillo gedronken.


Om 10 uur lagen wij op bed. Pelgrimstijd.


Zondag 18 augustus: Ávila - Gotarrendura, 23,6 km.

Om 7.25 uur vertrokken voor onze eerste wandeldag. Het was nog fris, zo’n 12º. Maar dat zou in de loop van de dag veranderen tot ± 35º. Na 5 kwartier onze eerste pauze. We hadden afgesproken te proberen om na ieder anderhalf uur een pauze te houden. Het eerste gedeelte ging over veel asfalt, maar later liepen we weer heerlijk door de natuur. 

 

Op de helft van onze route, in Cardeñosa, was een bar waar we koffie een een broodje kaas op hebben.
Ook kwam er nog een enorme kudde koeien en stieren op ons pad. We hebben maar even gewacht tot de veedrijvers deze dieren wat verderop gebracht hadden wij weer veilig over het pad konden.


In Peñalba de Ávila toen we op een bankje voor een huis in de schaduw wat zaten te eten en te drinken bood een vrouw die met 2 kleine kinderen naar buiten kwam ons heerlijk koud water aan.

We waren blij toen we rond 3 uur in Gotarrendura aankwamen. Moe, warm en uitgedroogd kwamen we bij bar Rosa aan. Daar hebben we ijsthee op en de dame gebeld die de albergue verzorgde. 10 Minuten later kwam ze ons ophalen en bracht ons naar deze prachtige albergue “Entre adobes”. Wij waren daar de enige gasten.
Er waren twee slaapruimtes, een keuken, een wasmachine, douche en toilet. Wat wil een pelgrim nog meer.




We hebben de was lekker in de machine gestopt en later opgehangen buiten op de binnenplaats.
Die was natuurlijk zo droog met die hoge temperatuur.
Daarna zijn we een pilsje gaan drinken en ‘s avonds gaan eten in de enige gelegenheid die er in dit dorp was.
We zijn wel een bezienswaardigheid. De mensen weten gelijk dat je pelgrim bent. Andere vreemde mensen komen er niet in zo’n dorpje.



Maandag 19 augustus: Gotarrendura - Arévalo, 30,4 km., waarvan 12,6 km met de auto

30,4 km. lopen vonden wij te veel. Dus hebben we gisteren de barman gevraagd iemand te regelen die ons ‘s-morgens om half 8 naar Tiñosillos zal brengen. Dat was 12,6 km en resteren ons nog 17.8 km. In Tiñosillos hebben we eerst ontbeten. Koffie met tostada. We hebben er ook brood gekocht.
Daarna begon de prachtige wandeling door een pijnbomen bos.
Daar kon je zien hoe hars uit de bomen gewonnen wordt.


Na  6 km moesten we langs een drukke weg, dat was minder leuk, maar 3 km verder ging het gelukkig weer over een zandpad dat we konden volgen tot Arévalo. Vooraan in het plaatsje hebben we ijsthee op, waarna we op zoek zijn gegaan naar hostel “del Campo”. Daar hebben we een kamer genomen, het was er erg warm, geen airco. Na het douchen en wassen op zoek naar een terrasje voor een pilsje en bocadillo. Daarna siësta. 



‘s Avonds hebben we lekker gegeten op het Plaza Mayor met een heerlijk glas wijn erbij.


Dinsdag 20 augustus: Arévalo - Ataquines, 16,8 km.


Om 8 uur op pad zonder ontbijt, maar na een uurtje hebben we wel een banaan op. 
We hebben het eerste deel veel over asfalt gelopen. In Palacios de Goda, na 8 km, hebben we een geweldige pauze gehouden in een kleine nette bar waar we bocadillo met tortilla op hebben en 2 koppen koffie
Later kwamen de zandpaden weer en liepen we door de graanvelden. 
We zagen onderweg nog een slang op de weg liggen en een paaltje dat aangaf dat we nog 467 km te gaan hadden.



Om half 1 waren we bij onze hostel “Los Arcos” waarvoor we ± 1 km van de route af moesten wijken. We hadden er een mooie kamer, beter dan de kamer van gisteren.


Omdat we te ver van het dorp af zaten zijn we de hele middag daar gebleven. Lekker lui gedaan, gewassen, pilsje op, uitgerust en zowel ‘s middags als ‘s avonds heerlijk gegeten onder het genot van een heerlijk flesje wijn. 
Een pelgrim heeft het zo slecht nog niet|
Om 10 uur lagen wij weer op bed.


Woensdag 21 augustus: Ataquines - Medina del Campo, 20 km.

We hebben al om 7 uur ontbeten. We hadden afgesproken om half 8, maar we waren klaar en het zou weer erg warm worden (‘s avonds 40º). Toen we beneden kwamen was alles gesloten en ging het alarm af toen we de deur probeerden te openen. Terwijl wij koud water uit de automaat haalden en onze flessen stonden te vullen kwam de baas met een slaperig hoofd kijken wat er aan de hand was. Hij was zo aardig om zonder te mopperen voor ons koffie, sapje en tostada klaar te maken.
Om 7.25 uur vertrokken wij. Het was nog heerlijk koel.


Na 7 km kwamen we door San Vicente del Palacio waar we een bar hoopten te vinden. Niet dus. Wel was er een aardige dame die ons café con leche aanbood. Maar aangezien wij alleen zwarte koffie drinken hebben wij die geweigerd. Ze begreep het niet goed denken wij, want even later bood ze het nogmaals aan. 
Het was vandaag een saaie weg, grotendeels langs de A6 en er was niets moois te beleven. 
Rond half 12 kwamen we bij hotel “San Roque” waar we ijsthee op hebben. Dit hotel ligt vlak bij Medina del Campo.
Daarna op weg naar het politiebureau. Daar kregen we een stempel in onze credential en werden we doorverwezen naar het Convento San Juan de la Cruz van de padres Carmelitas.


Daar kregen wij ieder een eigen kamer. Dat hadden we nog nooit meegemaakt.
De donativo was € 10,00 per persoon.
We waren de enige gasten. Na het douchen en wassen zijn we een pilsje gaan drinken en een broodje gaan eten. We hebben in dit huis ook een heerlijke zitruimte en een ijskast, waar we het water voor morgen koud in kunnen bewaren.


Toen we om half 8 wilden we gaan eten bleek dit een probleem te zijn. Sommige restaurants leveren niet meer na half 8 en anderen pas vanaf half 10. Toen hebben we maar tapas met wijn op. Ook erg lekker. 

Toen we terugkwamen in het klooster bleek er een pelgrim bij gekomen te zijn. Hij heet Ruben, kwam uit Uruguay, maar woonde al 8 jaar in Spanje Hij vertelde dat hij de camino wilde lopen zonder geld.  Hij was gescheiden, had 3 kinderen en 2 kleinkinderen en was 49 jaar. Wij hebben hem wat brood en tonijn gegeven. Maar hoe hij het zonder geld wil volhouden weten we ook niet.



Donderdag 22 augustus: Medina del Campo - Nava del Rey, 22 km.
We vertrokken weer vroeg. Gelukkig zagen we snel een bar waar we koffie op hebben. Ons ontbijt, de activa’s hadden we in het klooster al op. Daarna gingen we op pad. 
Nu is het zo dat in Medina del Campo de Camino de Levante en de Camino del Sureste zich splitsen. Beide camino’s zijn aangegeven door gele pijlen. Wij volgden dus zonder goed op te letten de verkeerde pijlen. Toen we al 3 km gelopen hadden kwam er een man achter ons aan en vroeg waar we heen gingen. “Naar Nava del Rey”, antwoordden wij. “Dan zit je verkeerd”, was het antwoord. Wij geloofden hem eerst niet, maar na wat heen en weer gepraat zagen wij toch in dat hij gelijk had. Hij is met ons mee teruggelopen en heeft ons naar de juiste weg geleid. 


Dit was toch weer een engel op ons pad, die ons een verdere omweg bespaarde. Jammer was dat hij voor ons te hard liep. Inmiddels hadden wij al 6 km te veel gelopen. Gelukkig was de afstand vandaag maar 15,5 km dus dat kon er nog wel bij. 
Het was een mooie route door de velden paralel aan het spoorlijntje naar Zamora. 
André kreeg nog wat last van zijn voet en er moest getapet worden.


Dat was zo gebeurd. Het is erg belangrijk dat zodra je iets aan je voeten voelt je er even aandacht aan besteed. Dit om erger te voorkomen. Tegelijk is het ook weer een mooi moment om te pauzeren.
Veel schaduw kwamen we niet tegen, dus toen we in  het gehucht Caserio de Dueñas kwamen hebben we daar een pauze gehouden in de schaduw. En later toen we over een viaduct liepen, zagen we ook daar een schaduwplek waar we konden zitten. Weliswaar op de grond, achter de vangrail, maar het was goed zo. 


We hebben weer veel gedronken, water natuurlijk.
Rond half 2 kwamen we in Nava del Rey aan, waar we bij het Convento de las Madres Capuchinas dachten te kunnen overnachten. Dat lag aan de buitenrand van het dorp. Lekker gunstig voor morgen dan zitten we aan de goede kant. Maar bij het Convento deden ze niet meer aan opvang van pelgrims. Dat vertelde de buurvrouw, want er werd niet opengedaan op ons bellen. Maar er was in het dorp wel een hostal, “Zamora” genaamd.
Wij daar op af en hebben een kamer gehuurd, 2 hoog met douche en toilet op de gang, wel erg netjes.



In het dorp hebben we ook Ruben zien zitten, maar niet meer gesproken.
Eerst hebben we een pilsje op met een grote bocadillo met kaas, daarna douchen en wassen. Elke dag hetzelfde ritueel. Na de dut een pilsje en ‘s avond heerlijk gegeten. Eigenlijk konden we pas om 9 uur eten. Maar aangezien wij de enige gasten waren die kwamen eten, werd voor ons om half negen het eten op tafel gezet. Heerlijke champignons vooraf en stoofvlees met friet, ijsje toe en een lekker flesje wijn. Dit alles voor slechts € 8,00 per persoon. En om 10 uur weer naar bed.


Vrijdag 23 augustus: Nava del Rey - Castronuño, 18 km.

Om 7 uur werden we pas wakker, en om half 8 hadden we ontbijt. Nou ja, ontbijt, koffie met concha, dat zijn 2 eierkoekjes op elkaar met chocolade ertussen.
Om 10 voor 8 gingen we op pad. Het was een hele mooie tocht. Heuvel op heuvel af, door graan en zonnebloemvelden.


Na ± een uur lopen hoorden we achter ons roepen. Het was Ruben. Hij had buiten geslapen, zei hij, en het was erg fris geweest. Hij liep een stuk met ons op, maar met zijn lange benen was zijn tempo voor ons te snel. Na 3 kwartier, toen wij gingen pauzeren, is hij in zijn eigen tempo weer verder gegaan, na eerst nog een stuk banaan van ons te hebben gegeten. Kennelijk had hij nog niet ontbeten.  In Siete Iglesias de Trabancos, na 9 km, was een markt. Daar hebben we wat fruit gekocht. Helaas was er geen bar te vinden die open was, dus hebben we maar op een muurtje gezeten en een appel gegeten. 



Rond half 2 waren we in Castronuño. Bij de bar “Pepe” hebben we eerst ijsthee op en zijn daarna naar de casa rural “Flor de Duero” gegaan. Daar hadden we gisteren gereserveerd.

We kregen een prachtige kamer met douche en toilet op de gang. We waren de enige gasten dus zo erg is dat nu ook weer niet. De eigenaresse heeft ook onze was nog gedaan en dat alles inclusief kamer en ontbijt voor € 25,00. Ze is echt ingesteld op pelgrims. Om half 5 wilden we bij Pepe een pilsje gaan drinken, maar die was op dat moment gesloten.
Gelukkig was er nog wel een andere bar open. Daar zaten zoals in vele bars mensen te kaarten. Dat gaat gepaard met veel herrie en geschreeuw. De Spanjaarden spreken toch al zo luid. Maar het is mooi om aan te horen. 
Toen we thuis kwamen was de was droog en konden we die weer mee nemen.
Om 8 uur ging de bar open, maar we konden pas om 9 uur eten. De Spanjaarden zelf eten pas om half 10. Te laat voor een pelgrim.


Zaterdag 24 augustus: Castronuño - Toro, 23,4 km.

Er stond om 7 uur een ontbijt voor ons klaar. Koffie zelf maken, water verwarmen in de magnetron en koffiepoeder erbij doen. Zelf hadden we activa’s gekocht en opgegeten. De koek of wat het ook was, een soort wentelteefjes maar dan nogal vet, ingepakt en meegenomen voor onderweg. 
Tegen half 8 vertrokken we. Veel klimmen om het dorp uit te komen. Verder wisselden het dalen en klimmen tot Villafranca de Duero, na 6,8 km, waar we echte koffie op hebben.




Het was erg mooi. Verder was het een vlakke maar ook een mooie route, gedeeltelijk over de Gr14 en langs de Duero. 
Zeker 8 km voor het einde van onze dag-afstand zagen we Toro al liggen. Frustrerend was dat we eerst naar links en later weer naar rechts moesten. Als we rechtdoor hadden gekund hadden we zeker 4 km uit kunnen sparen.




Wel heel erg mooi langs de Duero over een oude brug. Toen we helemaal beneden waren en een bar zagen hebben we eerst ijsthee op om weer wat energie op te doen voor de laatste klim.
Toen het laatste steile stuk naar boven. Dat viel niet mee. Het was inmiddels erg warm geworden en het stijgingspercentage was erg hoog.
Rond half 3 kwamen we bij bar Zamora aan, waar we dachten te overnachten. 


We waren doodmoe, de laatste 6 km waren voor ons beiden loodzwaar en die laatste klim deed ons de das om. Eigenlijk namen ze geen gasten aan. Het was namelijk feest in het dorp. Maar een pelgrim wordt altijd geholpen, dus werden wij naar een dependance een paar straten verderop gebracht. Wij hadden daar een nette kamer. De was konden we buiten aan een lijn uit het keukenraam hangen. Gemeenschappelijke douche en toilet beneden. Wij waren al lang blij dat we weer een bed hadden.
Na de douche en de was het dorp in om boodschappen te doen voor morgen.


Toen we ‘s avonds wilden gaan eten viel dat nog niet mee. Bij de een kon dat pas later op de avond. Bij de ander alleen tapas. Uiteindelijk zijn we bij een bar gaan zitten en hebben twee platos combinado besteld, natuurlijk met een flesje vino tinto. Het was fris ‘s avonds, we konden onze vesten best gebruiken. Het was de eerste keer dat we ze nodig hadden. Om kwart voor 11 lagen we pas in bed, laat voor een pelgrim. De muziek hebben we nog lang gehoord. Ondanks het voor ons smalle tweepersoonsbed hebben we toch allebei erg goed geslapen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten